De Fietskoerier

“België koploper filerijden” kopte de Standaard op 21 juni 2012, men verwees naar een internationaal onderzoek. Niet alleen die files zijn een probleem in de verstedelijkte omgeving, ook de leefomgeving wordt sterk aangetast door het vele verkeer. De fietskoerier biedt een deel van het antwoord op deze problematiek, zo blijkt uit mijn onderzoek voor de Vlaamse overheid.

Brussel en Antwerpen staan prominent in de top drie van meest filegevoelige steden in Europa, alleen Milaan scoort slechter. Qua landen voert België de lijst aan, met net achter zich Nederland. Automobilisten worden in de historische stadscentra van de Vlaamse steden dagelijks geconfronteerd met vertragingen van meer dan 37% ten opzichte van de filevrije trajecttijd. De steden met smalle straten en weinig ruimte zijn niet gemaakt voor het gemotoriseerde verkeer. Ze lenen zich daarentegen perfect voor de activiteiten van fietskoeriers. Deze koeriers zijn een duurzame logistieke oplossing omdat ze de stad kunnen doorkruisen zonder schadelijke stoffen uit te stoten. In tegenstelling tot de vaak halflege bestelwagens staan fietskoeriers niet in de file, maar gaan ze deze gezwind voorbij. Ze zorgen niet voor extra uitlaatgassen, hebben ze geen parkeerproblemen en nemen ze veel minder plaats in. Hun bijkomende commerciële sterkte is dat ze geen hinder ondervinden van beperkingen voor het gemotoriseerde verkeer, zoals de venstertijden en milieuzones die in vele steden in de Lage Landen van toepassing zijn.

Ze bieden tal van voordelen omdat ze zich gemakkelijk, snel en op een  milieuvriendelijke manier verplaatsen

Momenteel  zijn  in  Vlaanderen fietskoeriers actief in onder andere Gent en Antwerpen. Totaal zijn er veertien bedrijfjes geteld, vooral eenpersoons firma’s. Er zijn twee type koeriers. Er is de traditionele fietskoeriers die met een rugzak pakketjes van A naar B brengt binnen dezelfde stad. Deze fietskoeriers rijden op sportieve fietsen en gaan vlot tussen de auto’s door. Deze ‘die hard’ fietsers gaan door weer en wind voor hun klanten. Ze leggen per dag gemiddeld 100 km af en zijn in topvorm. Ze werken vooral voor publiciteitsbureau’s en de juridische sector. Ze leveren bijvoorbeeld een pakketje van de Europese wijk in het centrum van Brussel naar de luchthaven net buiten de stad in 20 minuten. Geen enkele auto die het sneller kan! Het tweede type fietskoerier is te beschouwen als de revival van de bakfietser. Ze zijn te herkennen aan hun cargocycles. Ze gebruiken vooral fietspaden, brengen veel meer volume rond en doen vooral vervoer van buiten de stad naar stedelijke adressen. Ze leveren bijvoorbeeld een pakketje uit de VS af in de Brusselse Europese wijk.  Door de samenwerking met grotere spelers ontstaat een win-win situatie omdat de fietsers snel en milieuvriendelijk een deel van de logistiek van hen overnemen en het de logistieke bedrijven toelaat om hun groen en duurzaam imago te onderstrepen. Bovendien daalt de kostprijs per afgeleverd pakketje voor de fietskoerier significant bij hogere stabiele volumes. De eerste groep is veelal idealistisch van inborst en wil niet groeien tot een groot bedrijf. De tweede groep bekijkt zich als logistiekers op de fiets en wil een deeltje van de grote pakketjesmarkt voor zich winnen.

Fietskoeriers zijn competitieve duurzame logistieke spelers, dat kom duidelijk naar voren in mijn onderzoek.  Bij  toenemende files en stijgende brandstofkosten zullen ze nog aan belang winnen. Ze zullen ook in de toekomst  snelle, betrouwbare en duurzame diensten kunnen blijven bieden, daar waar de traditionele bestelwagen het moeilijker krijgt in het alsmaar drukker wordende stadsverkeer. Wel lijden de koeriers onder de beperkte volumes die ze kunnen meenemen.

Ik word regelmatig aangezien als fietsverkoper

“Ik word regelmatig aangezien als fietsverkoper, wanneer ik ga flyeren bij bedrijven” vertelt de Brusselse fietskoerier Karl-Heinz Pohl (Pedal BXL) Ook andere fietskoeriers geven aan dat bedrijven hen nog te weinig kennen. Een groter bewustzijn bij potentiële klanten lijkt echt nodig. Het blijkt al uit het beperkt aantal marktpartijen dat het Vlaams vervoer van pakketjes via de fiets in de kinderschoenen staat. Vele bedrijfjes zijn klein (kennen maar één werknemer) en worstelen om het hoofd boven het water te houden. De iets grotere bedrijven met cargofietsen, zoals het Brusselse Ecopostale, heeft op korte tijd veel investeringen moeten doen. Dit konden ze enkel doen door hun bevoorrechte relatie met TNT Express. Doordat dit bedrijf z’n afleveringen voor de Brusselse binnenstad afstond aan Ecopostale konden ze een business case maken. Om onafhankelijk zoveel volume te vergaren in de logistieke is bijna onmogelijk. Samenwerkingsverbanden tussen fietskoeriers én logistieke sector zijn dan enkel de oplossing om de operaties te professionaliseren. Op iets lagere termijn kunnen de fietskoeriers zelf volume vergaren. Dit zal vooral te vinden zijn bij de overheidsadministraties,  advocaten, notarissen en banken, de reclamesector, de medische sector en dergelijke. De dertien Vlaamse centrumsteden komen als markt duidelijk in aanmerking voor fietskoeriers, al zal er vooral potentieel zitten in de twee grootste steden, Antwerpen en Brussel.

“De resultaten van het onderzoek helpen ons flink vooruit”, verklaarde Hilde Crevits voor de pers. De Vlaamse Minister van Mobiliteit en tevens opdrachtgever voor het onderzoek ziet een groeipotentieel in Vlaanderen. “Ze bieden tal van voordelen omdat ze zich gemakkelijk, snel en op een  milieuvriendelijke manier verplaatsen. Nu zijn ook de pijnpunten blootgelegd. Nog te vaak wordt er bij distributie gedacht aan leveringen van kleine pakjes met de bestelwagen. De fietskoerier kan een duurzaam alternatief zijn.”

In de pers zoemde enkele dagen in op het thema. Op de dag van de lancering van het onderzoek was het persbericht van de Minister zelfs het hoofdpunt in het ochtendjournaal. Nadien volgde nog een item in het consumentenprogramma Volt op de Vlaamse zender één. Dolf Kok, fietskoerier in Antwerpen en wielrenner Nick Nuyens, namen het op tegen een bestelwagen in de Antwerpse binnenstad. Uiteraard won de fiets. Nadien werd door Sander Vandenbroucke een documentaire gelanceerd rond het thema. De korte film ‘Brussels express’ begon als een project om de fileproblematiek in Brussel in beeld te brengen, maar eindigde in een leuke karakterschets van het Brusselse fietskoeriersbedrijf Pedal BXL.

 

Jochen Maes, de gastauteur van deze post, voltooide z’n transporteconomie aan de Universiteit Antwerpen in 2008. Nadien ging hij aan de slag op het departement Transport en Ruimtelijke Economie (TPR) en werd aldaar promovendus. Het onderzoek van Jochen focust op de belevering van vracht in de stad. Verschillende alternatieve vervoerswijzen zoals fiets-, spoor- en watertransport komen aan bod in z’n thesis. Het onderzoek dat Jochen uitvoerde met collega’s Christa Sys en Thierry Vanelslander kunt u hier downloaden. Kijk ook voor andere info en foto’s hierHet fietsforum dankt hem hartelijk voor zijn bijdrage!

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.